In Trouw van 19 januari schrijft ecoloog (Universiteit Wageningen) Patrick Jansen over de afscheidsrede van hoogleraar Kees Bastmeijer. Die beschrijft hoe onze overheid omgaat met het natuurbeschermingsrecht. Er gelden ter bescherming van onze leefomgeving talloze wetten. Ook door de EU worden wetten gemaakt die Nederland moet uitvoeren. Maar bij de uitvoering en handhaving gaat het vaak mis. Het blijkt dat juist onze overheid, die ons moet beschermen, de saboteur van haar eigen natuurbeschermingswetten is. De gedachte is: in hoeverre zijn die wetten een belemmering voor de economie en hoe kunnen we dat voorkomen? Daar is ze bedreven in geworden. In Nederland verkeert van alle habitattypen maar liefst 89 % in slechte staat. Terwijl de overheid dient te zorgen voor een gezonde leefomgeving.
Bastmeijer gaf meer dan 60 voorbeelden van hoe de uitvoering, evaluatie, toezicht en handhaving werden gefrustreerd. Afzwakking van het beleid en wetten, slechte of zelfs geen uitvoering, belabberde controle, geitenpaadjes, uitvluchten en laksheid. Natuurbescherming wordt gezien als hindernis. Bij conferenties over natuur- en biotoopbescherming is Nederland positief en ambitieus. Maar zodra het op uitvoering aankomt, is zij alles weer vergeten. Ze maakt geen afspraken en legt niets (juridisch) vast. Bang voor de rechter. Maar (lichtpuntje..) nu gaat het Rijk een Ecologische Autoriteit instellen. Die gaat de verantwoordelijke ministers en ambtenaren eraan herinneren waarvoor die wetten ook alweer gemaakt zijn: het beschermen van leefomgeving en daarmee de samenleving.